Braque Saint-Germain
Oorspronkelijk doel
Voorstaande hond.
Beknopte geschiedenis
Dit ras stamt van honden af uit kruisingen van Engelse Pointers met staande honden van het continent. Ze werden verder ontwikkeld omstreeks 1830 in de koninklijke kennels, aanvankelijk in Compiègne, vervolgens in Saint Germain en Laye.
Tot begin jaren 20e van de vorige eeuw was het ras grotendeels in zwang. Op de eerste hondententoonstellingen, in het bijzonder de eerste in Frankrijk in 1863, het was het meest vertegenwoordigd voorstaande hondenras. De Franse rasvereniging werd opgericht in maart 1913 opgericht.
| Vroeger | Nu |
|---|---|
 Graaf van Bylandt 1904 |  Foto: Alice van Kempen |
| Uiterlijk volgens rasstandaard (FCI-115) | Oorspronkelijk doel in relatie tot het uiterlijk |
|---|---|
| Een ras van middelgrote proporties, de bovenbelijning van schedel en snuit lopen evenwijdig of lopen zeer licht uit elkaar (divergerend) de stop is matig ontwikkeld. De botten zijn relatief zwaar, de bespiering voldoet aan de eisen om langdurig te werken. Het haar is reekleurig met wit zonder enig zwart. Tijdens het jagen zoekt de hond binnen de gemiddelde afstand, de galop is stabiel en vloeiend. | Functioneel gebouwde hond, voor de middenlange afstand. |
Huidig uiterlijk
Ras is nauwelijks veranderd en nog steeds een populaire hond onder jagers.
| Gedrag volgens rasstandaard | Oorspronkelijk doel in relatie met gedrag |
|---|---|
| Voornamelijk een jachthond die trouw is, evenwichtig en liefdevol. Kan een harde behandeling bij de opvoeding niet verdragen. Gezien de omstandigheden is hij toch makkelijk te trainen. Hij jaagt passie op fazanten, patrijzen en watersnippen in elk terrein en apporteert met zachte vang. Is dol op mensen, geeft de voorkeur om in het gezin te vertoeven. | Oorspronkelijk ontwikkeld door een combinatie van zowel Engelse als Franse staande honden., Is zelfs populair als showhond dankzij zijn strakke uiterlijk en uitgebalanceerde temperament. Maar dat wil niet zeggen dat het geen geweldige jachthonden zijn. Ze beschikken over een uitstekend algemeen bewustzijn een zachte mond voor het apporteren van wild en zijn gemakkelijk te trainen. |
Huidig gedrag
Thuis zijn ze gemakkelijk in de omgang, vriendelijk en aanhankelijk. Omdat ze lang zijn opgevoed om in meutes te jagen, zijn ze zeer sociaal en kunnen ze overwegend overweg met vreemden, andere honden en zelfs kinderen, hoewel ze moeten wel goed gesocialiseerd worden. Hebben wel de neiging te blaffen, zijn zeker niet agressief.
Gezondheid *1
Zoals bij ieder levend wezen komen er bij de hond ziektes voor, er is geen vereniging van dit ras, waardoor er geen monitoring is van erfelijke ziekten en gebreken. Het dienst aanbeveling de fokdieren te controleren op HD, ED en ECVO oogonderzoek.
Overig / Aandachtspunten
—
Bron
- Fédération Cynologique Internationale (FCI)
- Graaf van Bylandt
- Diverse kenners van het ras
*1 Deze opsomming is niet volledig. Voor meer informatie verwijzen wij u graag naar www.licg.nl waar alle voorkomende ziekten en erfelijke afwijkingen zijn opgenomen en kort beschreven. Het LICG is een onafhankelijke organisatie over het verantwoord kopen en houden van huisdieren.
