Chien D’Artois
Oorspronkelijk doel
Lopende hond speciaal op haas.
Beknopte geschiedenis
Werd vroeger “Chien Picard” genoemd en gebruikt voor de Par-Force jacht en was zeer gewaardeerd en gewild. De heer Sélincourt prees ze al toen hij deze honden een haas zag opdrijven, die bij droog weer een uur tevoren voorbijgekomen was.
In het handboek veldwerk uit 1890 sprak met ook vol lof over de Chien d’Artois.
Toch nog steeds een van de beste rassen waren voor de jacht op hazen in die tijd.
Sommige vertegenwoordigers van het ras werdem opgenomen in de grote kennel van de Jardin d’Acclimatation om ze bekend te maken bij het grote publiek. eind 19e eeuw en aan het begin van onze eeuw probeerde M. Levoir in de Picardie om het oude type Chien d’Artois te herstellen zonder dit doel echter ook daadwerkelijk te bereiken. Gedurende deze tijd en tot het begin van de eerste wereldoorlog domineerde een andere fokker uit de Picardie, M.Mallard, om het ras te fokken Maar hoewel hij vele prachtige honden voortbracht, zoals de vele onderscheidingen bewijzen. Maar hun type kwam niet overeen met de beschrijvingen die vastgelegd waren door oudere auteurs. Na de Tweede Wereldoorlog werd aangenomen dat de Chien d’Artois verdwenen zou zijn. In het begin van de jaren 70 zette M. Audréchy uit Buigny, zich in om de raspopulatie weer op te bouwen. Zijn inspanningen en die van Mme Pilat is het te danken dat het ras weer zijn plaats onder de lopende honden heeft gevonden.
Vroeger | Nu |
---|---|
Graaf van Bylandt 1904 | FCI Rasstandaard |
Uiterlijk volgens rasstandaard (FCI-028) | Oorspronkelijk doel in relatie tot het uiterlijk |
---|---|
Goed gebouwde hond; gespierd en niet te lang; Kracht en energie uitstralen. | De Chien d’Artois is een brak en zal wordt voornamelijk gebruikt voor de jacht met het geweer. Als drijfhond pakt hij ijverig verloren sporen weer op, daarbij is hij middelmatig snel, maar volhardend. Op vlakke terrein kan hij met zijn fijne neus de bedrieglijke manoeuvres van het haas verijdelen. In het bos drijft hij, dankzij onmiskenbare jachtkwaliteiten, jaagt hij licht goed doordringbaar bos op ree. In het struikgewas is hij onverschrokken en dapper, zelfs op koppige wilde zwijnen. Daarnaast is hij een sterk dier met een heerlijk, heldere blaf die hoog, ver hoorbaar is. Zes tot acht gelijkvormige, driekleurige, Chiens d’Artois vormen een kleine meute, waar iedere jachtruiter blij van wordt. |
Huidig uiterlijk
Door een groep liefhebbers teruggefokt en de raspunten zijn hierbij het uitgangspunt geweest, evenals de jachteigenschappen, die zijn behouden gebleven.
Gedrag volgens rasstandaard | Oorspronkelijk doel in relatie met gedrag |
---|---|
Sterke en resistente hond met een fijne neus; goede samenhang in de meute; evenwichtig en aanhankelijk. | Intelligente hond die goed kan samenwerken met andere honden om het wild voor het geweer te brengen. |
Huidig gedrag
Vriendelijk. Heeft veel beweging nodig.
Gezondheid *1
Zoals bij ieder levend wezen komen er bij de hond ziektes voor, er is geen rasvereniging voor dit ras dus vindt er ook geen monitoring plaats van erfelijke ziekten en gebreken. Het dient aanbeveling om de fokdieren te controleren op HD, ED en ECVO oogonderzoek.
Overig / Aandachtspunten
—
Bron
- Fédération Cynologique Internationale (FCI)
- Graaf van Bylandt
- Diverse kenners van het ras
*1 Deze opsomming is niet volledig. Voor meer informatie verwijzen wij u graag naar www.licg.nl waar alle voorkomende ziekten en erfelijke afwijkingen zijn opgenomen en kort beschreven. Het LICG is een onafhankelijke organisatie over het verantwoord kopen en houden van huisdieren.