Drever
Oorspronkelijk doel
Jachthond, speciaal op herten.
Beknopte geschiedenis
De kleine Duitse hond, de Westfaalse Dachsbracke, werd in Zweden geïmporteerd in 1910. De eerste honden werden geregistreerd in 1913, maar er is weinig bekend over het ras vóór 1930. Het was vanaf dat moment bekend als een zeer goede spoorzoeker op herten. Herten waren tot dan toe schaars geweest, maar ze werden groter in aantal en verspreidden zich verder naar het noorden, jagers kregen te horen over de voordelen van de kortbenige jachthond op herten.
In 1947 kreeg de grotere (2 cm hoger bij de schoft) Zweedse variant van de Bracke kreeg de naam Drever. In 1953 werd de Drever erkend als Zweeds ras. De Drever wordt als de eerste keuze beschouwd voor het jagen op herten maar het is ook een zeer betrouwbare jachthond op zowel haas als vos. In alle essentie moet de Drever gebouwd moeten zijn als een jachthond. Hij moet het vermogen hebben om efficiënt te werken in het Zweedse terrein en klimaat. Het ras wordt strikt gehouden als een jachthond en is moeilijk te verkrijgen buiten Zweden.
Vroeger | Nu |
---|---|
-Dasbrack stamvader van de Drever- Graaf van Bylandt 1904 | Foto: Alice van Kempen |
Uiterlijk volgens rasstandaard (FCI-130) | Oorspronkelijk doel in relatie tot het uiterlijk |
---|---|
Vrij lang van lichaam en vrij kort op de benen. Het uiterlijk moet robuust en sterk zijn, meer dan elegant en snel. Trotse houding, goed ontwikkelde spieren en lenig uiterlijk. Verschillen in bouw tussen reu en teef duidelijk aangegeven. | — |
Huidig uiterlijk
De Drever is een compact en stevig gebouwde laagbenige brak, die met zijn uitstekende jacht kwaliteiten zelfstandig uren in bossen en velden kan jagen op haas, vos en ree. Maar ook als “zweethond” is dit ras zeer goed bruikbaar. De meest voorkomende kleur is rood en wit (met of zonder zwart zadel) of driekleurig. Schofthoogte reu maximaal 38 en een teef maximaal 36 centimeter.
Gedrag volgens rasstandaard | Oorspronkelijk doel in relatie met gedrag |
---|---|
Scherpe en evenwichtige hond. Nooit agressief, nerveus of verlegen. | — |
Huidig gedrag
Drevers zijn zeer opgewekte, moedige en volhardende honden met een enorme jachtpassie. Niet agressief, nerveus of angstig. In huis zijn ze rustig mits ze buiten voldoende lichaamsbeweging krijgen. Dit kan bestaan door veel lopen aan de lijn, aangevuld met lopen in een rustig tempo naast de fiets. Door hun enorme jachtpassie, doorzettingsvermogen en hun gehardheid is het erg moeilijk om deze honden in een wildrijk gebied los te laten lopen. Hebben ze eenmaal een spoor te pakken (ze bezitten een uitzonderlijk reukvermogen!) dan willen ze er graag van door.
Gezondheid *1
Zoals bij ieder levend wezen komen er bij de hond ziektes voor, over ziektes bij de Drever is niets bekend. Het dient aanbeveling de fokdieren te controleren op erfelijke gebreken en ziekten.
Overig / Aandachtspunten
—
Bron
- Fédération Cynologique Internationale (FCI)
- Graaf van Bylandt
- Brakkenclub
- Diverse kenners van het ras
*1 Deze opsomming is niet volledig. Voor meer informatie verwijzen wij u graag naar www.licg.nl waar alle voorkomende ziekten en erfelijke afwijkingen zijn opgenomen en kort beschreven. Het LICG is een onafhankelijke organisatie over het verantwoord kopen en houden van huisdieren.