Tibetaanse Mastiff
Oorspronkelijk doel
Waakhond.
Beknopte geschiedenis
De Tibetaanse Mastiff (Do Khyi) is een oud werkend ras van de nomadenherders van de Himalaya en een traditionele bewaker van de Tibetaanse kloosters.
Sinds de eerste ontdekking in de oudheid is het ras omgeven door grote mythes sinds de vermelding door Aristoteles (384-322 v.Chr.) Tot de beroemde geschriften van Marco Polo, die in 1271 naar Azië ging, alle historische rapporten prijzen de natuurlijke kracht en indruk van de Tibetaanse Mastiff – zowel fysiek als mentaal.
Zelfs de blaf is beschreven als een uniek en zeer gekoesterd kenmerk van het ras.
Toonaangevende Europese kynologen uit het verleden, zoals Martin en Youatt, Megnin, Beckmann, Siber evenals Strebel en Bylandt hebben intensief aandacht besteed aan de Tibetaanse Mastiff, omdat ze gefascineerd waren door zijn oorsprong en functie in de Tibetaanse cultuur.
Sommigen beschouwden het ras zelfs als de voorvader van alle grote berg- en mastiffrassen. Een van de eerste bekende Tibetaanse Mastiffs die de westkust bereikte, was een reu die in 1847 door Lord Hardinge (toen onderkoning van India) naar koningin Victoria werd gestuurd.
Later in de jaren 1880 nam Edward VII (toen Prins van Wales) twee honden mee terug naar Engeland. Een vroeg geregistreerd nest van Tibetaanse Mastiffs werd geboren in 1898 in de dierentuin van Berlijn.
| Vroeger | Nu |
|---|---|
 Graaf van Bylandt 1904 |  Foto: Alice van Kempen |
| Uiterlijk volgens rasstandaard (FCI-230) | Oorspronkelijk doel in relatie tot het uiterlijk |
|---|---|
| Krachtig, zwaar, goed gebouwd, met goed bone. Indrukwekkend; van een plechtige en ernstige verschijning. Combineert majestueuze kracht, robuustheid en uithoudingsvermogen; geschikt om onder alle klimaatomstandigheden te werken. Traag in ontwikkeling, bereikt zijn best na 2-3 jaar bij teven en ten minste 4 jaar bij de reuen. | Moet zich kunnen handhaven in extreem koude winters en uitzonderlijke warme zomers, heeft een groot aanpassingsvermogen, gericht op zijn baas, zonder zich op te dringen, bepaald zelf wanneer hij aandacht wil hebben. Beschermen van de kudde en de bezittingen van de nomadenstammen. |
Huidig uiterlijk
Majestueus, indrukwekkend, ernstig, krachtig, sterk, gespierd en zwaar. Sterk bone en voeten en normale hoekingen, rechte hakken De vacht is ruw, (deze is vaak te zacht door overdreven toiletteren). Gangwerk is krachtig vrij, en altijd soepel, Tijdens lopen gaat hij zeer opzettelijk traag.
| Gedrag volgens rasstandaard | Oorspronkelijk doel in relatie met gedrag |
|---|---|
| Onafhankelijk, gereserveerd beschermend. Respect afdwingend. Zeer loyaal aan zijn familie en territorium. | Onaangekondigd bezoek zal niet ongemerkt kunnen doorlopen maar overtuigend tot staan gebracht. Het is geen grote blaffer. |
Huidig gedrag
Bedachtzame aard, grote waardigheid en zeer zelfstandig en zal zich nooit opdringen. Hij is zelfverzekerd en dominant en verdedigt huis en haard. Niet bijzonder actief.
Gezondheid *1
Zoals bij ieder levend wezen komen er bij de hond ziektes voor, de vereniging controleert op HD, ECVO oogonderzoek en schildklier onderzoek.
Overig / Aandachtspunten
De Tibetaanse Mastiff heeft zowel binnen als buiten veel behoefte aan ruimte om zich heen.
Bron
- Fédération Cynologique Internationale (FCI)
- Graaf van Bylandt
- Rasvereniging
- Diverse kenners van het ras
*1 Deze opsomming is niet volledig. Voor meer informatie verwijzen wij u graag naar www.licg.nl waar alle voorkomende ziekten en erfelijke afwijkingen zijn opgenomen en kort beschreven. Het LICG is een onafhankelijke organisatie over het verantwoord kopen en houden van huisdieren.
